Brandveilig ontwerpen, dimensioneren en beoordelen van staalconstructies

Brandveilig ontwerpen, dimensioneren en beoordelen van staalconstructies

Brandveilig ontwerpen, dimensioneren en beoordelen van staalconstructies

Brandveilig ontwerpen, dimensioneren en beoordelen van staalconstructies

Brandveilig ontwerpen, dimensioneren en beoordelen van staalconstructies

Brandveilig ontwerpen, dimensioneren en beoordelen van staalconstructies

Brandveilig ontwerpen, dimensioneren en beoordelen van staalconstructies

Brandveilig ontwerpen, dimensioneren en beoordelen van staalconstructies

Brandveilig ontwerpen, dimensioneren en beoordelen van staalconstructies

Brandveilig ontwerpen, dimensioneren en beoordelen van staalconstructies

Kantoren
Draagconstructies

Let op!
Deze webpagina werkt het beste op een desktopcomputer met een minimale schermresolutie van 1024 pixels.

4a: Kritieke staaltemperatuur van kolommen

Als veilige kritieke staaltemperatuur kan in het voorontwerp het volgende aangehouden worden voor kolommen:
- 490 °C bij zware vloeren (kanaalplaat 400 met 640 kg/m2 permanente belasting);
- 510 °C bij middelzware vloeren (kanaalplaat 200 met 400 kg/m2 permanente belasting);
- 525 °C bij lichte vloeren (slimline of sb-vloer met 250 kg/m2 permanente belasting).
De waarden gelden voor de maatgevende kolommen (onderste verdieping) bij volledige uitnutting (reeks HE 180-300 A-B-M. Staalsoort S235. Kniklengte bij brand 0,7 · verdiepingshoogte (3,6) = 2,5 m). Bij onvolledige uitnutting (zoals in de praktijk het geval) en bij kleinere kniklengten bij brand (tussenverdiepingen met doorgaande kolommen) zijn de kritieke staaltemperaturen hoger. Voor een preciezere bepaling kunt u het pull down menu gebruiken.

Bepaling van de kritieke staaltemperatuur van kolommen bij verhitting volgens de standaardbrandkromme, volgens EN 1993-1-2:2005 + NB bij EN 1993-1-2:2007 (voor kolommen met een verdiepinghoogte van 3,6 m, een kniklengte bij brand  van 3,6 • 0,7 = 2,5 m of 3,6 • 0,5 = 1,8 m¹, staalsoort S235 en en 20, 40, 60, 80 en 100% uitnutting bij 20 °C bij de fundamentele belastingcombinatie² (unity check). Vrijwel standaard kan de kniklengte gereduceerd worden (bij doorgaande kolommen en brandcompartimentering per verdieping): bovenste en onderste verdieping met 0,7, en tussenverdiepingen 0,5. Voor 1,0 (verdiepinghoge kolommen met doorgaande liggers en gewone kop-/voetplaat verbindingen of compartimenten over meerdere verdiepingen) dient er een berekening met de spreadsheet gemaakt te worden.

Gebaseerd op 6 bouwlagen die gedragen worden door de kolom, en een permanente dakbelasting gelijk aan de vloerbelasting. Bij meer bouwlagen kan de kritieke staaltemperatuur enkele graden lager liggen; bij minder bouwlagen hooguit enkele tientallen graden hoger.
Voor vier verhoudingen tussen de permanente vloerbelasting G en de veranderlijke vloerbelasting Q [kN/m²] is de kritieke staaltemperatuur bepaald. Dit komt overeen met 6 combinaties van zware vloer (G=6,4, bijvoorbeeld een 400 mm dikke kanaalplaat), een middelzware vloer (G=4,0, bijvoorbeeld een 200 mm dikke kanaalplaat) en een lichte vloer (G=2,5, bijvoorbeeld een sb-vloer of een slimline-vloer) met een veranderlijke vloerbelasting voor kantoren Q=2,5 (volgens NEN-EN 1991-1-1) of Q=4 (in de praktijk vaak gehanteerd).
Voor tussenliggende waarden kan bij benadering geïnterpoleerd worden.

Er is geen onderscheid gemaakt in A-B-M profielen, omdat de kritieke staaltemperatuur (bij gelijke belastinggraad) minder dan 5 °C verschilt.
Bij afwijkende situaties kan de spreadsheet of de handrekenmethode gebruikt worden.



Bepaling van kritieke staaltemperatuur
Profiel
Uitnutting profiel
Verhouding G/Q
 /